Vaccinatietwijfel blijft een van de belangrijkste barrières voor het bereiken van wijdverbreide immunisatie in Zuid-Afrika. Ondanks de bewezen effectiviteit van vaccins bij het voorkomen van ziekten, heeft het land te maken gehad met pockets van weerstand en terughoudendheid, wat heeft geresulteerd in uitdagingen voor initiatieven op het gebied van de volksgezondheid die gericht zijn op het beheersen van infectieziekten. Zuid-Afrika’s lange geschiedenis van epidemieën, gecombineerd met wereldwijde verkeerde informatie over vaccins, heeft bijgedragen aan de verspreiding van mythen en misvattingen die vaccinatietwijfel aanwakkeren. Deze mythen creëren vaak angst, verwarring en scepsis rondom vaccins, waardoor het moeilijk is voor gezondheidscampagnes om te slagen. Om dit probleem te begrijpen, is het essentieel om de mythen rondom vaccins te onderzoeken en ze te vergelijken met de wetenschappelijke feiten.
Een van de meest wijdverbreide mythen is het geloof dat vaccins autisme veroorzaken. Deze vaccinaties Zuid Afrika misvatting is ontstaan uit een frauduleuze studie die in 1998 werd gepubliceerd door Andrew Wakefield, die het BMR-vaccin (bof, mazelen en rodehond) ten onrechte in verband bracht met autisme. Ondanks dat de studie werd ingetrokken, in diskrediet werd gebracht en Wakefield zijn medische licentie werd ontnomen, was de schade al aangericht. Deze misinformatie verspreidde zich snel en blijft de terughoudendheid ten aanzien van vaccins aanwakkeren, niet alleen in Zuid-Afrika maar over de hele wereld. Sindsdien hebben talloze studies echter geen verband aangetoond tussen vaccins en autisme. Sterker nog, vaccins blijken essentieel te zijn bij het voorkomen van potentieel dodelijke ziekten en het BMR-vaccin heeft een uitstekend veiligheidsrecord.
Een andere veelvoorkomende mythe is dat vaccins onveilig zijn en ernstige bijwerkingen kunnen veroorzaken. Mensen horen vaak overdreven of geïsoleerde berichten over bijwerkingen en denken dat dit de norm is, terwijl ernstige bijwerkingen in feite ongelooflijk zeldzaam zijn. Vaccins ondergaan strenge tests in klinische onderzoeken en worden, nadat ze zijn goedgekeurd, continu gecontroleerd op veiligheid. Veelvoorkomende bijwerkingen, zoals koorts of een pijnlijke arm, zijn doorgaans mild en tijdelijk en wegen veel zwaarder dan het risico op het oplopen van de ziekten die ze voorkomen. De wetenschap achter vaccins is robuust en de voordelen zijn veel groter dan de mogelijke risico’s. De introductie van het poliovaccin heeft bijvoorbeeld de ziekte, die ooit wereldwijd miljoenen mensen kreupel maakte, in feite uitgeroeid. De waarheid is dat vaccins tot de veiligste en meest effectieve hulpmiddelen voor ziektepreventie behoren.
Een gerelateerde mythe is de overtuiging dat natuurlijke immuniteit beter is dan door vaccins verworven immuniteit. Sommigen beweren dat ziek worden van een ziekte en ervan herstellen een betere bescherming biedt dan vaccinatie. Hoewel het waar is dat herstellen van een natuurlijke infectie immuniteit kan verlenen, brengt het ook aanzienlijke risico’s met zich mee. Veel ziekten waartegen vaccins beschermen, zoals mazelen of waterpokken, kunnen leiden tot ernstige complicaties, ziekenhuisopnames of zelfs de dood. Vaccins bieden daarentegen een veiligere manier om immuniteit op te bouwen zonder het risico op ernstige ziekte. Mazelen kunnen bijvoorbeeld leiden tot longontsteking, hersenontsteking en zelfs de dood, maar vaccinatie biedt bescherming zonder blootstelling aan deze gevaren. Het idee dat natuurlijke immuniteit beter is, is niet alleen wetenschappelijk onjuist, maar negeert ook de verwoestende effecten van ziekte.
In Zuid-Afrika is een van de meest verontrustende mythes dat vaccins deel uitmaken van een overheids- of farmaceutische samenzwering om de bevolking te schaden. Deze overtuiging is vaak geworteld in historisch wantrouwen jegens overheidsinstellingen en buitenlandse entiteiten. De geschiedenis van apartheid in Zuid-Afrika, samen met de uitbuiting en mishandeling van haar bevolking door koloniale machten, heeft begrijpelijkerwijs een diep gevoel van scepsis achtergelaten ten opzichte van autoriteit en invloed van buitenaf. Helaas heeft dit zich gemanifesteerd in de overtuiging dat vaccinatiecampagnes een vorm van controle of schade zijn, met name in gemarginaliseerde gemeenschappen. Deze overtuiging is echter verre van de waarheid. Vaccinatiecampagnes zijn voornamelijk gericht op het beschermen van de volksgezondheid en het verminderen van de last van infectieziekten. Zuid-Afrika heeft te maken gehad met talloze uitbraken van ziekten zoals mazelen, cholera en tuberculose, en vaccins zijn een van de meest effectieve manieren om de verspreiding van deze levensbedreigende ziekten te voorkomen. De vaccinatieprogramma’s van de overheid zijn erop gericht de bevolking te beschermen, niet om schade te veroorzaken.
Bovendien geloven veel mensen dat vaccins onnodig zijn omdat bepaalde ziekten geen bedreiging meer lijken te vormen. Dit komt vooral veel voor in gebieden waar ziekten als polio, difterie of tetanus zeldzaam zijn geworden door succesvolle vaccinatieprogramma’s. Deze perceptie negeert echter vaak het feit dat de zeldzaamheid van deze ziekten direct verband houdt met het succes van vaccinatieprogramma’s. Zonder voortdurende vaccinatie zouden deze ziekten een comeback kunnen maken, zoals blijkt uit uitbraken van mazelen in landen met dalende vaccinatiepercentages. Zo kan de heropleving van mazelen in sommige delen van Europa en de Verenigde Staten worden toegeschreven aan een daling van de vaccinatiegraad. Zuid-Afrika heeft enorme vooruitgang geboekt